zondag 30 september 2012

Leuk is ...

* City running
Het mag dan het rennen in de natuur (strakblauwe lucht, ruisende bomen, getsjirp door krekels of vogels...) niet kunnen verslaan, ook city running is heel leuk! De kleine obstakels, waar je creatief mee om moet gaan om je niet teveel te ergeren. Een man die stil blijft staan en tegen me zegt, op het moment dat onze ogen elkaar zien: 'zó krijg je een mooi figuur!' (een opmerking die ik anders misschien niet echt gepast zou vinden). De warmte die in een stad veel langer blijft hangen. Wat geroepen wordt vanaf een terrasje (soms grappig, soms niet). Alles aanpakken zoals het komt: ik bepaal niet wanneer ik sprinten wil, dat kiezen de stoplichten voor me: oranje-bijna-rood = ren voor je leven!, letterlijk. De mederenners die lachen, groeten. Fietsers die ik ken. De auto's die voor me stoppen, al hebben zij voorrang.

En dan op zondagochtend, 8.00 de beloning voor je geduld: straten leeg, hemel blauw, muziek kan zachter want de wereld is van jou.

*  De dynamiek van een ziekenhuis
Waar ik werken wil, écht. Elke dag weer denken: man, wat is het menselijk lichaam veelzijdig, ingenieus en mooi. Ook al is het altijd - altijd - druk en is lunchpauze een uitzondering, geen regel.

* Gesprekken over studies: academische Pabo, natuur- en sterrenkunde, tandheelkunde - zoveel te leren, zo weinig tijd.

* Een gedurfde mail sturen en het gedroomde antwoord binnen een week al krijgen (x2!)

* Inschrijven voor een extra cursus, niet weten waar de tijd vandaan moet komen maar toch maar doen. :)

* "Als je niet dromen kunt, is dat omdat je wakker bent in de dromen van iemand anders"

woensdag 26 september 2012

Le cose più belle #1

Of vrij vertaald: the best things.

Ik houd van Italië en dat heb ik altijd al gedaan. But in life, I've got this strategy with things I truly, madly, deeply love: ik houd ze voor mezelf, deel ze soms met wie met het meest dierbaar is, maar meer ook niet, want als je iets vrijgeeft, wordt het als openbaar bezit. Alsof je toestaat dat anderen er over mogen oordelen en daarmee erop staan, zoals mensen op je hart kunnen trappen, en jouw meest waardevolle herinnering kunnen behandelen als afval.
Daarom deel ik veel, maar niet alles. 

Maar het risico neem ik deze keer graag om te kunnen vertellen over de mooiste, beste dingen van Napels :)

Stad van 1 miljoen mensen, als je de buitengebieden meerekent kom je aan 4 miljoen. Waar moet je heen in deze chaotische metropool (cliché, maar zo waar!)? In willekeurige volgorde.

1. Galleria del Principe
Iedereen zal je vertellen dat je dat Galleria Umberto niet mag missen. Klopt! Maar sta ook eens vroeg op om op een doordeweekse dag de winkeltjes in de Galleria del Principe te zien openen. Minder bekend, maar minstens zo mooi. En in de zomermaanden: lekker koel!

2a. Neem de metro(politana) naar Mergellina
Begin hier, in deze rijkere wijk. Start het liefst 's ochtends, vóór je ontbijt, zodat je ergens onderweg een warme cornetto (croissantje, leeg of gevuld met room of chocola) kunt scoren. Kijk je ogen uit naar de gebouwen, de graffiti, de rijen groente- en fruitstalletjes. Spring opzij voor de auto's, steek nog een keer over en wandel de hele boulevard af, richting het kasteel, Castel dell'Ovo.
Vlakbij (maar de andere kant op): de prachtige rijke wijk Posillipo, maar dat zal in elk boekje wel te vinden zijn ;)

2b. Klim op de rotsen voor Castel dell'Ovo.
...en wacht tot het donker wordt en de eerste lichtjes aan de overkant aangaan. Nee, het zit niet overal even lekker, maar neem een notitieboekje mee en je vergeet alles om je heen, behalve de zoute zeelucht.
Je kunt hier natuurlijk ook een restaurantje kiezen aan de boulevard, maar gezien het een toeristenhotspot is, is het eten hier niet zo lekker (vreemd hoe dat werkt).

3. Naar Gallo voor ijsjes
Het allerlekkerste ijs in Napels en omstreken vind je bij Gallo. Echt. Mensen uit allerlei wijken hebben me deze zaak aangeraden, en niet onterecht. Gallo is een ijsjeszaak die al bijna 60 jaar bestaat en in die tijd drie vestigingen heeft weten te openen.
Ik heb vergelijkingsmateriaal en kan oprecht zweren: het ijs bij Gallo is het beste!, vooral pan di stelle (Italiaanse chocoladekoekjes).

Enig nadeel: de drie vestigingen bevinden zich in buitenwijken. Ponticelli en San Giorgio zijn echte achterstandswijken, dus van de drie adressen kun je het beste naar Portici, een stadje vlakbij Napels (20 minuten met de bus). Je kunt hier ook naar zee, of je neemt de metro naar Pompeii.
Overigens, nu ik dit schrijf: als je de bevolking een handje wilt helpen, pak je je moed bij elkaar en ga je naar de buitenwijk, waar ze je dankbaarder zijn voor de aankoop van een ijsje.

Zoals ik al eerder schreef: Napels is van alles, van wilde gekte en geschreeuw tot de lekkerste mozzarella di bufala en lieve omaatjes die naast je op een bankje hun levensverhaal komen vertellen. De kust is prachtig en ik had de stad voor geen goud willen missen afgelopen zomer, maar als je gaat: bereid je goed voor en als je de bevolking een beetje wilt helpen, mijd dan de verschrikkelijk toeristische eetplekken.

In Napels had ik ook nachtmerries, net als hier. Maar soms, als ik wakker werd van de dorst en het raam openschoof (tegen de ochtend houden de scootertjes rust), zag ik dit.

Naast hoe vervuild de straten waren, en afschuwelijk leeg de speeltuinen, zag ik de hemel.
Om 5 uur 's ochtends maakte de brandende zon me wakker, terwijl ze de hemel vulde. Een zacht geritsel van een straathond was vaak enige begeleidende geluid. Verder nog niemand die wakker was.
Ik schoof mijn rolluiken meer omhoog, de lakens verder van me af en leste mijn dorst, die wel eindeloos leek. De ventilator mocht van de huisbaas niet aan als ik sliep, bang als hij was voor brand.

De hitte was het allemaal waard, als ik 's ochtends vroeg dit maar zag.



Ben je al betoverd?
Nee? Kijk mee dan, dit is Napels. (en Coca-Cola, maar door de reclame kun je vast heen kijken.) Ceniamo insieme betekent let's eat together.



Mooi he? De wereld... :)

woensdag 19 september 2012

Vervallen paleizen

Ruim te laat komen we waar we moeten zijn. "Een heel ander verhaal" heet de winkel, en het is een soort wereldwinkel, bedenk ik me. De avondlucht is warm, niet heet, zoals op Sicilië, waar je 's nachts in zee kunt zwemmen - maar dat is een heel ander verhaal voor een heel andere keer.

Buiten staan veel mensen, heel veel mensen. Opkomst van dit event: 100% geslaagd. Ik had de lange hippierokken en de geur van wierook maar hoeven volgen: een Couchsurfing Meeting gaat blijkbaar overal gepaard met dezelfde spirit. Fijn, herkenbaarheid, al ben ik zelf meer down-to-earth. En die sigaretten vind ik ook wat minder.

In vijf minuten word ik voorgesteld aan zo'n vijftien (of vijfentwintig?) mensen. Mijn eerste  studentenjaren was ik een kei in het onthouden van namen - nu moet het anders. Het is alsof ik een grens ben overgegaan: hoi, je hebt teveel mensen die te weinig voor je betekenen ontmoet: geheugen van dit soort mensen is VOL! Ik probeer het anders aan te pakken. Die jongen, prent ik mezelf in, die heeft een aparte naam - dat blijft me bij. En die daar, ik weet alleen nog dat hij een héél erg standaard Italiaanse jongensnaam had... En het is niet Riccardo, Francesco, of Alessandro. Dan heet hij dus Daniele. Ha! Ik heb het nog goed ook - ik giechel stiekem om deze weddenschap met mezelf.

Ik kwam hier niet zomaar: zonder moeite bereik je minder. Met een handvol sms'jes kreeg ik een lift geregeld, naar dit afgelegen plaatsje. Er is een snelweg naartoe, maar geen toerist die je de weg zal weten te wijzen. Ik kende het alleen omdat de trein er stopt. Heerlijk trouwens: je treinkaartje gaat hier in minuten. Een kaartje van 180 minuten kost €4. Doe dat maar eens na, Nederland.

De kleine locale (café, bar, anything - you name it) is veel te vol, natuurlijk, maar gelukkig is er buiten ruimte genoeg. Ik ontmoet al gauw mensen die geboren zijn in 'mijn' stageziekenhuis.

Al zittend op de stoep sla ik de dansende groep gade. Het is folk, zoiets, en ik ben iets te moe om mee te doen. De verf bladert hier van de muren; uit een leegstaand huis fladdert een duif. Achter de gaten in de muur, ooit vast opgevuld met ramen, is het donker. Misschien leeft er een enkele rat, verder niets. Soms voel je betonbrokjes vallen en zachtjes naar beneden stuiven.

Iemand biedt me tiramisù aan op een plastic bordje, net als ik wat tegen Daniele zeg: "Italianen herken ik van een afstand".
Ik heb dit al vaker gezegd, en het wordt vaak als beledigend opgevat. Ik ben benieuwd hoe hij reageert, mensen uitproberen is leuk. Mijn wijsvinger doop ik in de cacao-cake massa en ik wacht op antwoord.
Lang. Even ben ik bang dat hem beledigd heb, eigenlijk was dat toch niet de bedoeling: "...toch?" babbel ik snel verder. Daniele lacht en pakt mijn arm.
"Geloof me maar, Italianen herken je van een afstand"

Alsof iemand vanuit de hemel glitterstof over me strooit uit een poedersuikerbus.

zaterdag 15 september 2012

Verschil kon niet groter zijn

Het is gek, maar... pas als aan het tafeltje naast ons drie uitbundige mannen gaan zitten, voel ik waar ik ben. Uit eten, uit - ik hoor vrolijk te zijn! Hoe kon ik dat vergeten? Misschien is het door wie er tegenover me zit. Mondhoeken te strak, gezicht te jong, haar vreemd blond voor iemand die uit Brazilië komt. Al praat je over nog zoveel ervaringen en ben je vijf jaar ouder, (al waren het er tien, I couldn't care less!): je trekt me niet, zoals een vakgebied niet trekt.

De tafeltjes zijn klein en bestemd voor twee personen. De derde man van het stel naast ons past er dus niet bij. Hij wringt zichzelf op de bank, en slaat mij op mijn schouder. "Hoi! Ik ben Jeremy" De andere twee lachen, trekken hem weg bij mij en naar zich toe. Verontschuldigend, uitdagend en dan weer rustig. Ze maken een toren van sigarettenpakjes op tafel. Ze drinken, 3 witte wijn alstublieft, en kijken een filmpje van hoe de één wel, de ander niet een tandenstoker rond kan laten draaien in zijn mond. Ik vraag me af of dat eindigde op de Eerste Hulp, maar tegelijkertijd vind ik het heel grappig.

En dan mijn eigen gezelschap - waar kan ik de middenweg vinden tussen deze twee?

Het meisje van de bediening complimenteren met haar tattoo: check! Maar eigenlijk wil ik naar huis, niet omdat mijn hoofd vol is, maar omdat ik net heb besloten dat Friends kijken op mijn trouwe laptop een vreemd soort nuttiger is dan luisteren naar hoe je de verkiezingen won. Ik wil weg vóór er een nieuwe uitnodiging aan mijn kant valt. Ik wil gewoon weg van jou.

Van blauwe shirtjes naar strakke witte, overhemden, naar losse stropdassen en mannen met aktetassen en weer terug. De wereld is even veelzijdig als de mensen die erin leven. Ik wil niet oordelen, maar wel héél goed rondkijken. En heel soms, bekaf, wil ik eigenlijk niets.

dinsdag 11 september 2012

Toiletten ondergronds

Maria

Binnen overvalt de misselijkheid me. Voor de zekerheid ren ik naar de toiletten - wat nog lastig is op hakken - houd mijn haar vast, net op tijd. De laatste week ben ik elke dag wel misselijk, maar het komt nooit 's avonds. In kleermakerszit ga ik op de vloer zitten. Vroeger hielp dat altijd, gewoon staren en de vloertegeltjes tellen - hopelijk is hier vandaag nog schoongemaakt. Voelen alle zwangere vrouwen zich zo binnenstebuiten gekeerd? Wat zouden andere meisjes doen? Tegen hun buik praten? Hun vriend vragen een warm bad te maken en citroenthee te zetten? Zou hij hun haar vasthouden? Zeggen 'het geeft niets' of, iets schattiger, 'gaat het liefje?'

Iemand komt de toiletten binnen. Geruis van water, ik spits mijn oren: geen gejubel, geen snik, niets. Gewoon een meisje dat haar handen wast, zichzelf bekijkt in de spiegel, een uitgelopen streepje eyeliner wegveegt en verder danst. Ze staat vast op haar tenen, draait een rondje - en de deuren slaan weer dicht.

In december was ik ook nog zo'n meisje.

Feestjes ging ik af, met Micha, dat wel, die me vanaf het eerste feestje flirterige opmerkingen toewierp. Nouja, flirterig. "You're so sexy, are you even aware of that?" was misschien meer to the point dan iemand ooit eerder was geweest. Meteen duidelijk, en ik begon tegen beter weten in te dromen.

Micha zegt helemaal niks, is hier niet eens bij me - ik moet hier weg, nu. De toiletdeuren zijn als in een cowboy saloon en knallen hard open. Ik voel me zo vies dat ik vertrek zonder gedag te zeggen. Hamid sms ik morgen wel en Micha merkt het vast niet. Thuis spoel ik mijn mond en klap mijn laptop open.

'Novia' typ ik in bij Google.
Girlfriend, antwoordt Google.
Girlfriend, herhaal ik hardop.

Met Micha moet ik niets serieus nemen, dat weet ik inmiddels wel. En toch word ik een beetje onpasselijk van de twee aan elkaar geplakte woorden. Alsof ze echt bij elkaar horen.

vrijdag 7 september 2012

Gomorra explained - 3

Het is vast geen nieuws dat er mensen vermoord worden door de camorra: daar is alle angst op gebaseerd.

Nog geen week was ik in Napels en op 3 kilometer van mijn kamer werden er om 15.00 uur 's middags twee mannen vermoord. Ik woonde in de wijk waar het gebeurde. Gelukkig was ik rond die tijd niet thuis en ook niet buiten - ik las het de volgende ochtend, op de krantenvoorpagina's van de oude mannetjes op straat. Het was half acht 's ochtends, de dag na de afrekening.  Nog niet eens zo bloedheet, maar het angstzweet plakte op mijn rug.

Niet omdat ik bang was zelf vermoord te worden (tenminste, dat was niet mijn grootste angst, uiteraard was ze wel aanwezig) - maar bang om ooit zoiets te moeten zien. Misschien omdat ik veel wist, begreep, zag. En verdrietig: omdat ik begreep dat ik voorlopig niet het lef zou hebben journalist te spelen, of te worden, maar vooral ook een verdriet van het soort: wat-is-dit-verdrietig.

Ik heb vele angsten, schrijft Roberto Saviano in het boek de schoonheid en de hel, maar vermoord worden zit er niet bij.

Wat een held.
Want ik kan het hem niet nazeggen.

Laat me je het verhaal van Annalisa vertellen.
In 1990 wordt in de wijk Farcella in Napels een meisje geboren, Annalisa. Blondbruin haar heeft ze, en ze groeit op tot schoonheid van de buurt. Stiekem laat ze als 14-jarige een piercing in haar neusvleugel zetten - 'ik wist wel dat mama er de hele dag boos om zou zijn', schrijft ze in haar dagboek. Maart 2004, net na haar 14e verjaardag, is het tijd voor de eerste warme avond. Annalisa is met haar nichtje en een vriendin buiten, op straat. Ze luisteren muziek, flirten misschien met jongens, als er twee mannen, elk op een motor de straat inrijden. Met 'open vuur': ze schieten gericht op Salvatore Giuliano, een 20-jarige crimineel die op dat moment een hoek omrent en de straat inkomt. De vriendinnen van Annalisa ontkomen, duiken, misschien gaan ze op straat liggen of rennen ze naar binnen.
Een kogel raakt Annalisa in haar nek.
Een paar dagen later overlijdt ze, 14 jaar was ze, 14, een piercing en dromen om kapster te worden.

Ik heb Annalisa's geboortejaar. 
Omschrijven hoe bevoorrecht ik me voel, en hoe verdrietig ik voor haar ben: ik kan er niet aan beginnen.

Ik wil je trouwens nog iets vertellen: er is niets makkelijkers dan de camorra negeren. Ik schrijf niet om bang te maken. Je kunt heel gemakkelijk op vakantie naar elke willekeurige plaats in Italië en zeker ook naar Napels. De buitenwijk waar ik woonde is geen plaats voor toeristen, je vindt haar in geen enkel boekje - je zult er waarschijnlijk niet komen, dus. Volg alle spots van de Lonely Planet en er zal je niets overkomen dat niet op elke willekeurige vakantie kan gebeuren. Napels is pleinen, hitte, chaos, prachtig, afval, mozzarella, geschreeuw, straatjongetjes die om geld vragen. Goed, je redt je wat makkelijker als je Italiaans spreekt, maar echt, laat je niet bang maken en ga lekker zelf kijken :) Napels is geen frontlinie. Behalve de gevaren van elke grote stad (zakkenrollers, etc.), kan je eigenlijk niets gebeuren. Ga kijken. Neem een ritje in de Metro van de Zee en waan je in andere wereld.

Dan: juist omdat er niets makkelijkers is dan de camorra negeren, schrijf ik - om haar ongewilde faam te geven, opdat dat misschien een beetje helpt tegen haar woeste doen.
Ik wil niet een dozijn aan trieste verhalen leveren, het is niet mijn bedoeling mensen murw of bitter te maken - ik wil awareness creeëren, opdat wie vecht à la Saviano, niet vergeten wordt.

Wie bang is, sterft iedere dag - wie geen angst kent slechts één keer

maandag 3 september 2012

Living like Larry - Groen stemmen

Leuk, saving the world (one party at a time), maar hoe zit het eigenlijk met politiek? Wat stem je als je duurzaamheid en bewust leven belangrijk vindt?

Behalve de stemwijzer, kun je ook de Groene Kieswijzer invullen. In 15 korte vragen zie je wat partijen voor natuur en milieu gaan doen, en welke partij het beste bij jouw ideeën past.
Note: De PVV had geen interesse in medewerking, waardoor deze partij niet is opgenomen in de Groene Kieswijzer.

Zelf vind ik klimaatkeuze echter het beste. Stellingen over de belangrijkste punten (zoals CO2-uitstoot, kolencentrales, kernenergie, schone energie & vlees) zijn voorgelegd aan de 12 grootste politieke partijen. Met een groen, oranje of rood vinkje zie je wat deze partij hier van vindt. Voor wie snel wil weten wat te stemmen supermakkelijk! Het loont ook om even te kijken wat de partij er dan precies over zegt (soms is oranje positiever dan je denkt!)... Daarvoor houd je je muis even boven het vinkje, et voilà. Kiezen was nog nooit zo makkelijk :)

Op deze sites wordt alleen naar milieupunten gekeken, maar voor overige stellingen kun je op het hele web terecht. Want het lastige is natuurlijk... dat je meestal niet alleen duurzaamheid en bewust leven belangrijk vind, maar ook andere, 'grotere' onderwerpen. Ik zeg grotere, niet omdat milieu een subonderwerp zou moeten zijn - maar omdat milieu helaas een ondergeschoven kindje is. Wij denken dat we de aarde (die ons alles geeft), als laatste onderwerp kunnen behandelen, ná 'alles' wat wij de aarde teruggeven (nou, vul maar in wat dat dan allemaal voor goeds is...).

Politiek is en blijft daarbij een lastig onderwerp, tenminste: wie de verwikkelingen het hele jaar door niet genoeg volgt, voelt zich al snel hulpeloos in het kiezen, en na wat struinen en klikken wordt dat er vaak niet beter op.

In hun laatste magazine laat Greenpeace trouwens zien dat er in elke partij kiezers te vinden zijn die voor hetzelfde gaan: een schone aarde. Soms denk ik: hoewel de partijen elkaar misschien in de haren vliegen, 'wij' (wat lager aan de grond ;-)) hebben het allang door... dat je iets bereikt met samenwerken, welk labeltje je bij de verkiezingen straks ook kiest.

Dat geloof ik echt.

zaterdag 1 september 2012

3 x Veri(ta)

1.
"Sa-haaab" zegt het hoogblonde meisje dat voorin de coupé staat. "Sabje!"
Ze schopt tegen het andere, iets minder blonde meisje dat een beetje in elkaar gezakt op de coupévloer hangt. Sab, waarschijnlijk Sabine, kreunt een beetje, maar zegt niks terug. De trein is overvol, bijna iedereen staat, ik zit op een uitklapstoeltje tussen een buggy en een stel backpacks.
"Sabje?" Even klinkt ze bezorgd. "Als je gaat kotsen moet je het zeggen hoor!"
De massa mompelt wat, probeert te wijken maar dat gaat niet. Sabje sluit haar ogen en schuift helemaal onderuit op de treinvloer.
"Nou goed, dan blijf je toch zo liggen"
Het meisje wrikt kauwgom uit aluminium en laat de lege verpakking naast haar vriendinnetje vallen.

2.
Stacey is vijf, een klein meisje is ze nog: met grote tranen en lange uithalen huilt ze. Mama sust in het Frans, papa streng in het Nederlands - wat een droom, voor mij dan. "Stais" noemt het jongetje dat mee is haar. Stais is van de fiets gevallen, probeert hij te zeggen, maar ze huilt er zo hard doorheen dat ik het niet versta. Gelukkig heb ik het Nederlands van de vader, en een röntgenfoto.
Stacey's been is niet gebroken.
De tranen zijn al wat minder. Stacey geeft me een waterige glimlach. Wie weet wat ze allemaal nog voor elkaar gaat krijgen later. Stais weet het niet, maar ongemerkt heeft ze mijn plannen weer een beetje meer vormgegeven.

3.
"Het is nu al een jaar dat ik geen werk heb" zegt de vader van Soami en mijn mond valt open. Waar komt het eten vandaan, het geld - als mama ook niet werkt? Hoe groot is het vertrouwen... Blijkbaar was ik de enige die nog niet wist dat hij geen baan had. Niemand anders lijkt geschokt.
"Ik mocht komen sollicteren," vertelt hij "blij dat ik was!"
"Het was een goede baan, interessant, een meer dan goed salaris... Alles zou geregeld worden"
Ik hoor een onbestemd gevoel tussen de regels fluisteren. Waar is Soami? Waar zijn haar vrolijke blauwe ogen, plakkerige kinderhandjes? Waarom speelt ze niet, rent ze niet tussen de bankjes door? Roept ze me niet, met mijn nieuwe naam?
Ik blijf luisteren. Soami's vader slikt. Iedereen hangt aan zijn lippen, en ik besef me: elke luisteraar kent dit gevoel, zijn gevoel. De angst voor een gezin, de moed, de lok van geld - ik ken het niet, maar als ik hier was geboren, had ik misschien nu al een kind gehad.
"En mijn vrouw kan jullie de waarheid zeggen" vervolgt hij, en onwillekeurig speuren mijn ogen naar zijn Anna, de vrouw met het grootste, grootste hart dat je je kunt voorstellen, maar ze vinden haar niet. Ze is vast ergens anders met Soami.
Iedereen hoort de korte zucht. De microfoon kraakt even. "Ik huilde als een kind, maar ik zei nee. Nee, ik vervals geen diploma. En ik heb de baan laten gaan."