Met het langzaam korter en kouder worden van de dagen, komen er ook weer een heleboel feesten aan. Nederlandse, internationale... december is hoe dan ook een cadeautjesmaand als geen ander. Als je weinig tijd hebt, en veel mensen blij wilt maken, heb je voor je het weet een heleboel nieuwe, dure, milieuonvriendelijke cadeaus gekocht, om maar zeker te weten dat je iedereen tevreden houdt. Als je er nu alvast over nadenkt, kun je het dit jaar een beetje anders doen. Alle beetjes helpen namelijk, en misschien houd je er nog geld aan over ook!
1. Speelgoed verkopen
Nu is hét moment om spulletjes op Marktplaats te verkopen: ouders zoeken hier koortsig naar het mooiste speelgoed, en ongetwijfeld heb jij nog speelgoed van vroeger. Denk bijvoorbeeld aan een poppenhuis, een bestuurbare auto, een groot gezelschapsspel, LEGO, barbies, K'nex, baby born, playmobil, stevig houten speelgoed... Deze merken zijn van alle tijden en waarom zou je er niet iemand anders blij mee maken?
Tips
- Zorg voor een duidelijke advertentie (in welke staat is het speelgoed? heb je nog een verpakking/handleiding misschien? welke prijs wil je er absoluut voor hebben? mag een koper spulletjes combineren om de verzendkosten laag te houden, of krijgt hij dan zelfs korting?).
- Voeg als het kan foto's toe
- Zet onderaan je advertentie een aantal tags waarmee je makkelijker gevonden wordt. In deze tijd van het jaar kun je bijvoorbeeld 'Sinterklaas, Kerst, cadeau' toevoegen.
Behalve speelgoed kun je natuurlijk nog veel meer verkopen: boeken, DVD's, kleding, CD's...Denk eens na over hoe vaak je alles écht gebruikt!
Naast Marktplaats kun je ook via bol.com verkopen; dan gaat wel een heleboel geld 'verloren' aan dit bedrijf, jammergenoeg. Zij krijgen per verkocht product €1 + een provisiepercentage. Zonde, maar: laat het je niet belemmeren! Sommige mensen kopen gewoon liever via een 'vertrouwd' bedrijf, en je wordt altijd precies betaald wat je gevraagd hebt. Als je je kansen wil verdubbelen, zet je boeken/cd's/dvd's zowel op marktplaats als op Bol.
Als je een tweedehands boek zoekt is de Slegte online ook nuttig!
Extra leuk aan marktplaats zijn de blije mails die je ontvangt! Vorig jaar heb ik in een paar maanden veel verkocht, en elke week zat er wel een tevreden geluid in mijn inbox: mijn dochter is heel blij met de barbie! of het boek ziet er nog als nieuw uit, bedankt!
2. Opruimen
Met of zonder nummer 1, opruimen is overal fijn voor. Minder rommel, minder om schoon te maken, minder om je schuldig over te voelen... More is less, lees en hoor ik overal, maar ik zie bijna geen mensen die ook echt weinig spullen hebben. Volgens mij kan dat juist veel verschil maken!
3. Breng regifting tot leven
Regifting (het doorgeven van cadeautjes die beter bij iemand anders passen) noemde ik al eerder. Veelal hangt dit samen met een soort schaamte: alsof je een ander tekort doet door een cadeau te geven dat je zelf gehad hebt, waar je dus niet voor betaald hebt. Tuurlijk, het kan cheapass zijn, maar als je goed kiest, vooral heel erg lief! Stel, je wint 2 kaartjes voor Jason Mraz, die je toevallig afschuwelijk vindt maar je beste vriendin niet... dan maak je haar toch blij met die kaartjes?
Vorig jaar heb ik met een groep vrienden Sinterklaas gevierd. Het lootjes trekken werd overgeslagen, we bedachten een cadeauspel. Maar wat moesten we dan kopen? Ineens kwam iemand met een idee (en ik was het niet! :D dat was misschien nog het tofste): één cadeau koop je, het andere moet iets zijn dat je nog hebt, maar waar je nooit iets mee doet... en dus eigenlijk wel zonder kunt...
De leukste dingen kwamen tevoorschijn! Een stapel gloednieuwe tijdschriften, samengebonden met een lintje, een DVD, een kookboek, een luchtje en ja, natuurlijk douchegel/badschuim. Maar het was de moeite zeker waard. Bovendien wist niemand precies wie wat had ingebracht... dus iedereen voelde zich na afloop vrij om wat te ruilen, waar nodig ;)
P.S. Als je gaat winkelen: een leuke (milieuvriendelijke/fair trade) cadeautjeslijst volgt binnenkort! :) Suggesties hiervoor zijn nog welkom!
Een plek op het internet over leven met hart voor onze planeet (duurzaam, diervriendelijk, met zo min mogelijk impact), en een plek voor fictie & non-fictie die ik zo nu en dan schrijf
dinsdag 30 oktober 2012
vrijdag 26 oktober 2012
Le cose più belle #2 - Firenze
De hitte van de laatste novemberavond is bijna niet vol te houden in mijn krappe kamer. Buiten is het net boven nul, maar binnen brandt mijn verwarming onverstoorbaar. Ik kan haar niet zachter zetten, alleen aan of uit. Lekker Italiaans: goede verwarming... hoezo, dat hebben we toch niet nodig? ;-) Om mezelf nog wat lucht te geven, heb ik het raam opengezet. De witte gordijnen wapperen wat - maar ik vind het wel genoeg zo.
Ik draai de knop om en ga naar buiten.
De regen is pas even opgehouden, maar de straten zijn nog leeg. Waar je zomers niet kunt lopen, al bezwijkt in de geur van duizend nationaliteiten die allemaal Firenze, Florencia of Floraaaance op de foto willen zetten, is het in november schraal hoe weinig mensen hier zijn. Ik bedoel: bijna schraal, want ik geniet.
De afgelopen dagen heb ik juist meer gezien dan in welke zomer dan ook.
Ik ben vaak in Florence geweest, maar het allermooiste waren de twee weken dat ik er 'woonde'. Ik werd een uitwisselingsstudent, ging op in de Erasmus-talen-massa en sprak niets anders meer dan Italiaans. "Ik kan geen Engels!" riep ik over de muziek heen, en meer dan ooit kreeg het woord predator een menselijk gezicht.
Pluspunten van deze stad zijn oneindig: het is één groot openluchtmuseum, het is er schoon, alles kan je te voet doen... en: het is supercentraal gelegen in Italië (je kunt in 2 uur treinen in Rome zijn!).
Nadeel: veel mensen zijn afgestompt door het toerisme. Verbaas je niet over hooghartige blikken, 'Italianen' die geen Italiaans spreken, opdringerige flyeraars, zigeuners en veel te duur eten in het centrum. Zoek het gewoon iets verderop!
Vijf willekeurige fijne dingen van Florence
1. Trattoria Il Girasole
Buiten staat een vrolijk gekrijt schoolbord met daarop: vegetariërs welkom :-) Lief! Ik was meteen overtuigd. In deze één-vrouws-zaak bereidt een Italiaanse nonna elke dag verse lasagne, pizza's en pasta's. Je bepaalt per portie, dus echt grote borden krijg je niet, maar het is wel spotgoedkoop. Het is meer een plek om te lunchen, en guess what? Het eten is hier echt het lekkerst van de hele stad. Bovendien: als je echt trek hebt, kun je zo nog een portie bestellen. Als iets op is (als in: als de schaal lasagne leeg is), wordt het met liefde nog een keer voor je bereidt. Dat zie je ook, want de keuken zit in het 'restaurantje', tussen de tafeltjes. Adres: volgt!
2. De synagoge
Florence heeft geen echte Joodse wijk, maar bij de synagoge lijkt dat wel zo. Heel geschikt voor wie even weg wil uit de Renaissance. Vlakbij zit Joods (dus kosjer & interessant!) restaurant 'Ruths'.
Al lopend vanaf de Dom passeer je trouwens een studentenbuurt, heel leuk.
3. Ohja: de kunst
Mijn favoriete wijken zijn Oltrarno en Sant'Ambrogio. De mooiste kerk vind ik de Santo Spirito: er is hier een beeldhouwwerk dat bijna van de muur afspringt, supergaaf.
Meer? Geen slechte plek om te beginnen: wiki!
4. Vanaf eind november: de enorme kerstboom naast de Duomo
Inclusief rode kerststerren ter versiering!
5. 's Avonds: Colle bereto
Alleen naar toe gaan als je mensen uit de Upper Class met een grote grijns en gezonde dosis spot kunt bekijken. Colle Bereto is... bijzonder. De bar is op vrijdagavond overcrowded, de muziek probeert een heel plein te overschreeuwen en een glas water kost maar liefst €5. Maar dan hoor je wel tot de top: hier wordt je alleen in stijl lastiggevallen ;-)
Uitgaan in Florence verschilt niet veel met de rest van Italië. Ongemanieerde mannen weten op één of andere manier precies waar toeristen én internationale studenten te vinden zijn. Maar dat geeft niks, ik kan er altijd wel om lachen, en verhalen uit putten.
Florence is prachtig in herfst en winter, juist omdat je de stad helemaal voor jezelf hebt. Go get some, als je de kans hebt.
Ik draai de knop om en ga naar buiten.
De regen is pas even opgehouden, maar de straten zijn nog leeg. Waar je zomers niet kunt lopen, al bezwijkt in de geur van duizend nationaliteiten die allemaal Firenze, Florencia of Floraaaance op de foto willen zetten, is het in november schraal hoe weinig mensen hier zijn. Ik bedoel: bijna schraal, want ik geniet.
De afgelopen dagen heb ik juist meer gezien dan in welke zomer dan ook.
Pluspunten van deze stad zijn oneindig: het is één groot openluchtmuseum, het is er schoon, alles kan je te voet doen... en: het is supercentraal gelegen in Italië (je kunt in 2 uur treinen in Rome zijn!).
Nadeel: veel mensen zijn afgestompt door het toerisme. Verbaas je niet over hooghartige blikken, 'Italianen' die geen Italiaans spreken, opdringerige flyeraars, zigeuners en veel te duur eten in het centrum. Zoek het gewoon iets verderop!
Vijf willekeurige fijne dingen van Florence
1. Trattoria Il Girasole
Buiten staat een vrolijk gekrijt schoolbord met daarop: vegetariërs welkom :-) Lief! Ik was meteen overtuigd. In deze één-vrouws-zaak bereidt een Italiaanse nonna elke dag verse lasagne, pizza's en pasta's. Je bepaalt per portie, dus echt grote borden krijg je niet, maar het is wel spotgoedkoop. Het is meer een plek om te lunchen, en guess what? Het eten is hier echt het lekkerst van de hele stad. Bovendien: als je echt trek hebt, kun je zo nog een portie bestellen. Als iets op is (als in: als de schaal lasagne leeg is), wordt het met liefde nog een keer voor je bereidt. Dat zie je ook, want de keuken zit in het 'restaurantje', tussen de tafeltjes. Adres: volgt!
2. De synagoge
Florence heeft geen echte Joodse wijk, maar bij de synagoge lijkt dat wel zo. Heel geschikt voor wie even weg wil uit de Renaissance. Vlakbij zit Joods (dus kosjer & interessant!) restaurant 'Ruths'.
Al lopend vanaf de Dom passeer je trouwens een studentenbuurt, heel leuk.
3. Ohja: de kunst
Mijn favoriete wijken zijn Oltrarno en Sant'Ambrogio. De mooiste kerk vind ik de Santo Spirito: er is hier een beeldhouwwerk dat bijna van de muur afspringt, supergaaf.
Meer? Geen slechte plek om te beginnen: wiki!
4. Vanaf eind november: de enorme kerstboom naast de Duomo
Inclusief rode kerststerren ter versiering!
5. 's Avonds: Colle bereto
Alleen naar toe gaan als je mensen uit de Upper Class met een grote grijns en gezonde dosis spot kunt bekijken. Colle Bereto is... bijzonder. De bar is op vrijdagavond overcrowded, de muziek probeert een heel plein te overschreeuwen en een glas water kost maar liefst €5. Maar dan hoor je wel tot de top: hier wordt je alleen in stijl lastiggevallen ;-)
Uitgaan in Florence verschilt niet veel met de rest van Italië. Ongemanieerde mannen weten op één of andere manier precies waar toeristen én internationale studenten te vinden zijn. Maar dat geeft niks, ik kan er altijd wel om lachen, en verhalen uit putten.
Florence is prachtig in herfst en winter, juist omdat je de stad helemaal voor jezelf hebt. Go get some, als je de kans hebt.
donderdag 18 oktober 2012
Living like Larry - Chocola en waarom vragen echt helpt
Bijna een jaar geleden ontlokte Jaap mij deze reactie, in een discussie over of de verandering die ik graag wil zien de in de wereld, haalbaar en realistisch is. Of mijn doelen niet buitenproportioneel hoog zijn (antwoord is ja, want: make no small plans for they have not the power to stir men's blood - Niccolò Machiavelli). Ik schreef:
Weet je wat ik wel eens als voorbeeld neem? Als voorbeeld dat dingen radicaal kunnen veranderen? Chocola. Vijf, zes jaar geleden was het allemaal slavenchocola (of je kon in ieder geval het tegendeel niet bewijzen). Er was wel fair trade chocolade te koop bij de wereldwinkel en dan had je nog Tony's Chocolonely. Ik werd helemaal naar van de schappen in de supermarkt vol chocoladerepen die dus níet eerlijk waren. En op een dag, Utrecht Centraal, levensgrote affiches:
"Als we Eerlijk zijn, is-ie nog lekkerder"
Verkade ging fairtrade. Ik deed bijna een dansje. Verkade is echt geen klein bedrijf, en de klant was anders ook wel blijven kopen...
De afgelopen tien jaar heeft de chocoladesector waanzinnig grote veranderingen doorgevoerd, groter dan ik ooit had kunnen dromen. Twee jaar terug was er voor het eerst 'de Groene chocoladeletter', bij V&D zag ik vorige week op elk van hun chocoladeletters een lief fair trade stickertje glanzen en de hagelslag van allerlei grote merken is tegenwoordig van eerlijk betaalde cacao gemaakt.
Wie daar een grote rol in heeft gespeeld, is Teun van de Keuken, een Nederlandse journalist die zichzelf in 2004 aangaf als chocolade-crimineel: hij voelde zich medeplichtig aan slavernij, na het eten van een chocoladereep. Dat van die slavernij, daar kwam hij twee jaar eerder achter. Met TV-programma de Keuringsdienst van Waarde onderzoekt Teun de cacaoindustrie en ziet hoe het eraan toegaat op cacaoplantages in West Afrika. Verschrikkelijk is de conclusie: kindslaven worden mishandeld en gedwongen om soms meer dan zestien uur -onbetaald- achter elkaar te werken.
Teun wordt niet veroordeeld. (Jammer, want veroordeling zou betekend hebben dat slavernijchocola kopen strafbaar werd - dan zou het pas echt snel gaan!) Als in 2005 de film Charlie & the chocolate factory in première gaat, stapt hij naar Nestlé. "Zouden jullie een slaafvrije chocoladereep op de markt willen brengen? Desnoods ééntje, als gebaar?"
Nestlé weigert. Nestlé is sowieso een bedrijf dat niet goed naar de duurzaamheidswensen van de klant luistert, misschien herinner je je nog de anti-KitKatcampagne waarbij Nestlé totaal verkeerd reageerde.
Teun besluit het dan maar zelf te doen (held!) en veel, heel veel werk later wordt Tony's Chocolonely gelanceerd. Op weg naar een 100% slaafvrije chocoladereep, want uit eigen onderzoek blijkt helaas dat Tony’s Chocolonely nog niet aan het keurmerk ‘100% slaafvrij’ kan voldoen. Geld blijft nog teveel plakken bij instanties en tussenpersonen, maar we gaan wel de goede kant op. En, zoals ik mijn verhaal begon, in 2008 helpt Verkade daar flink bij door ook fair trade chocolade te gaan gebruiken.
Wat wil ik hiermee zeggen? Hoe buitenproportioneel hoog jouw of mijn doelen ook mogen zijn, consumentenvragen, acties en kleine stapjes in de goede richting helpen echt.
En als je één van deze weken dan toch bezwijkt en (sinterklaas)chocolade gaat kopen, let dan even op het labeltje :)
Oja, voor wie satire wel kan waarden (hihi): chocola van scharrelslaven ;-)
P.S. Teun vind ik sowieso een fascinerend journalist. Lees bijvoorbeeld hier één van zijn laatste stukjes over de oppermachtige supermarktketen Albert Heijn. Wie weet, wordt vervolgd...
Weet je wat ik wel eens als voorbeeld neem? Als voorbeeld dat dingen radicaal kunnen veranderen? Chocola. Vijf, zes jaar geleden was het allemaal slavenchocola (of je kon in ieder geval het tegendeel niet bewijzen). Er was wel fair trade chocolade te koop bij de wereldwinkel en dan had je nog Tony's Chocolonely. Ik werd helemaal naar van de schappen in de supermarkt vol chocoladerepen die dus níet eerlijk waren. En op een dag, Utrecht Centraal, levensgrote affiches:
"Als we Eerlijk zijn, is-ie nog lekkerder"
Verkade ging fairtrade. Ik deed bijna een dansje. Verkade is echt geen klein bedrijf, en de klant was anders ook wel blijven kopen...
De afgelopen tien jaar heeft de chocoladesector waanzinnig grote veranderingen doorgevoerd, groter dan ik ooit had kunnen dromen. Twee jaar terug was er voor het eerst 'de Groene chocoladeletter', bij V&D zag ik vorige week op elk van hun chocoladeletters een lief fair trade stickertje glanzen en de hagelslag van allerlei grote merken is tegenwoordig van eerlijk betaalde cacao gemaakt.
Wie daar een grote rol in heeft gespeeld, is Teun van de Keuken, een Nederlandse journalist die zichzelf in 2004 aangaf als chocolade-crimineel: hij voelde zich medeplichtig aan slavernij, na het eten van een chocoladereep. Dat van die slavernij, daar kwam hij twee jaar eerder achter. Met TV-programma de Keuringsdienst van Waarde onderzoekt Teun de cacaoindustrie en ziet hoe het eraan toegaat op cacaoplantages in West Afrika. Verschrikkelijk is de conclusie: kindslaven worden mishandeld en gedwongen om soms meer dan zestien uur -onbetaald- achter elkaar te werken.
Teun wordt niet veroordeeld. (Jammer, want veroordeling zou betekend hebben dat slavernijchocola kopen strafbaar werd - dan zou het pas echt snel gaan!) Als in 2005 de film Charlie & the chocolate factory in première gaat, stapt hij naar Nestlé. "Zouden jullie een slaafvrije chocoladereep op de markt willen brengen? Desnoods ééntje, als gebaar?"
Nestlé weigert. Nestlé is sowieso een bedrijf dat niet goed naar de duurzaamheidswensen van de klant luistert, misschien herinner je je nog de anti-KitKatcampagne waarbij Nestlé totaal verkeerd reageerde.
Teun besluit het dan maar zelf te doen (held!) en veel, heel veel werk later wordt Tony's Chocolonely gelanceerd. Op weg naar een 100% slaafvrije chocoladereep, want uit eigen onderzoek blijkt helaas dat Tony’s Chocolonely nog niet aan het keurmerk ‘100% slaafvrij’ kan voldoen. Geld blijft nog teveel plakken bij instanties en tussenpersonen, maar we gaan wel de goede kant op. En, zoals ik mijn verhaal begon, in 2008 helpt Verkade daar flink bij door ook fair trade chocolade te gaan gebruiken.
Bron |
Wat wil ik hiermee zeggen? Hoe buitenproportioneel hoog jouw of mijn doelen ook mogen zijn, consumentenvragen, acties en kleine stapjes in de goede richting helpen echt.
En als je één van deze weken dan toch bezwijkt en (sinterklaas)chocolade gaat kopen, let dan even op het labeltje :)
Oja, voor wie satire wel kan waarden (hihi): chocola van scharrelslaven ;-)
P.S. Teun vind ik sowieso een fascinerend journalist. Lees bijvoorbeeld hier één van zijn laatste stukjes over de oppermachtige supermarktketen Albert Heijn. Wie weet, wordt vervolgd...
maandag 15 oktober 2012
De gevaren van city running
Ik bind mijn paarse hardloopschoenen extra strak. Mijn shirtje is precies 'koud' genoeg: ik warm straks vanzelf op door het lopen. Op zo'n mooie dag kan ik toch niet binnenblijven...
Naar de buurman - nooit eerder gezien - glimlach ik; hij groet tot mijn verrassing terug. Een auto snijdt me bijna af, ik slalom om de paaltjes alsof de buitenwereld mijn gymzaal is en alles hier voor mij staat, ook al ga ik bijna door mijn enkel.
Plagiaat.
Hoe hard ik mijn muziek ook zet, tijdens het hardlopen móét ik altijd wel nadenken, en veel ook. Het grappige is: hoe meer ik ondertussen op moet letten op het verkeer, hoe minder controle ik heb over wat ik denk.
Plagiaat? Ik zou wel beter moeten weten. Kon ik maar even een linkje hier naartoe sturen, kijk maar eens even hoeveel ik gewend ben te schrijven, stomme universiteit.
Alsof ik me daar ooit schuldig aan zou maken.
Het is een lange dag geweest. 's Ochtends sta ik vroeg op, om precies te zijn 2 uur voordat de sterren doven. Ik bewonder ze elke keer, klaag niet over de vroegte, geniet van een nacht zonder regen.
Zal ik dan vandaag naar de Rabobank rennen?
Het gevaar van city running: in de stad weet je precies waar iedereen te vinden is.
De kans is natuurlijk wel heel klein dat A. toevallig uit zijn raampje kijkt, als ik voorbijkom. Als hij al in een ruimte met ramen is op dat moment, aan die kant van de stad, op die locatie.
Ik kies de allerlelijkste hardlooproute die ik maar kan bedenken. In vijf minuten ruik ik meer wiet dan het afgelopen jaar bij elkaar.
Ik ben eigenlijk wel benieuwd hoe ver het nou precies is.
Ik passeer prostituees, waar brede mannen op wacht staan. Gek eigenlijk: ik las gisteren nog, dat al deze panden dezelfde pooier als eigenaar hebben. Dus wat er dan nog bewaakt moet worden, niet de concurrentie?
A., de 27-jarige bankbestuurder, wat een eer geef ik hem toch...
Gezichten staan op ongeduldig, geirriteerd als ik hollend passeer, uitwijk naar de straat en weer terugkeer op de stoep, precies voor iemands voeten. Lopen ze ineens toch sneller dan ik in kon schatten.
Ik ben een wandelaar als het licht daar groen is, een fietser als het mij uitkomt. De achterkant van Utrecht Centraal is vies, grauw, lelijk - iets waar een straathond zijn huis nog niet van zou maken. In tunnels galmen mijn voetstappen.
Goh, wat is iedereen vroeg uit zijn werk vandaag.
Voor de Rabobank passeer ik wandelend pak na pak, al is het pas iets over 16.00 uur. Ik glimlach, versnel, ga nog harder, aangemoedigd door de buitenlucht en dit kleine cadeautje dat ik aan mezelf heb gegeven. Gewoon lekker rennen waar je heen wilt, stiekem, lange tijd al.
Debiel natuurlijk, om te denken dat hij hier ergens zou zijn. Maar wel lekker om weer iets nieuws te doen - het is mijn stad, ik mag rennen waar ik wil.
Voor de Rabobank spreid ik mijn armen alsof ik over de finish kom, zing een paar woorden mee en keer om: mijn handen om de dichtsbijzijnde lantaarnpaal.
Life's too short to be afraid, take some pills and numb the paiiiiiin
De terugweg ga ik misschien nog wel harder. Rennen staat het allerdichtste bij vliegen.
Stap, twee, drie. Stap, twee, drie. Tunnel, bocht, stoplicht, voetganger - ho kijk uit!
"Hey!"
Wat was ik aan het doen? Zingen?
A. fietst naast me. "Want a ride?"
Ik twijfel.
IK TWIJFEL ECHT, waar slaat dat op?
"Naah, gotta reach my goal!"
Precies, hup, rennen.
A. fietst naast me, we steken tegelijk over want ik ben een fietser, nu het me uitkomt. Fietst naast me, praat wat, wordt weggebeld door een andere fietser.
Ik doe mijn oordopjes uit, en weer in, en weer uit. Ik ga niet stoppen. Ik ben niet eens moe.
Hoe vriendelijk moet ik doen? Hoe maak je een nonchalant praatje?
"Wow, you're fast!"
"Pfff, I can barely keep up!"
Ik ren als een hondje naast hem. Je weet wel: als een tekenfilm, vier poten, die dan buigen tot een halve cirkel onder het onderlichaam van het beestje. Niet echt natuurlijk, maar zo pathetisch voel ik me.
Stoplicht. "I could tell you some stories while running"
Ik blaas lucht uit. Knik.
Stoplicht is groen. "Or I could just cycle, since it's green! See you soon" - een aai en weg is A.
Soon klonk als zoen.
Soon betekent hopelijk nooit meer.
Ik ren, ren, ren, laat me niet kennen en ren - niet eens hem achterna.
Naar de buurman - nooit eerder gezien - glimlach ik; hij groet tot mijn verrassing terug. Een auto snijdt me bijna af, ik slalom om de paaltjes alsof de buitenwereld mijn gymzaal is en alles hier voor mij staat, ook al ga ik bijna door mijn enkel.
Plagiaat.
Hoe hard ik mijn muziek ook zet, tijdens het hardlopen móét ik altijd wel nadenken, en veel ook. Het grappige is: hoe meer ik ondertussen op moet letten op het verkeer, hoe minder controle ik heb over wat ik denk.
Plagiaat? Ik zou wel beter moeten weten. Kon ik maar even een linkje hier naartoe sturen, kijk maar eens even hoeveel ik gewend ben te schrijven, stomme universiteit.
Alsof ik me daar ooit schuldig aan zou maken.
Het is een lange dag geweest. 's Ochtends sta ik vroeg op, om precies te zijn 2 uur voordat de sterren doven. Ik bewonder ze elke keer, klaag niet over de vroegte, geniet van een nacht zonder regen.
Zal ik dan vandaag naar de Rabobank rennen?
Het gevaar van city running: in de stad weet je precies waar iedereen te vinden is.
De kans is natuurlijk wel heel klein dat A. toevallig uit zijn raampje kijkt, als ik voorbijkom. Als hij al in een ruimte met ramen is op dat moment, aan die kant van de stad, op die locatie.
Ik kies de allerlelijkste hardlooproute die ik maar kan bedenken. In vijf minuten ruik ik meer wiet dan het afgelopen jaar bij elkaar.
Ik ben eigenlijk wel benieuwd hoe ver het nou precies is.
Ik passeer prostituees, waar brede mannen op wacht staan. Gek eigenlijk: ik las gisteren nog, dat al deze panden dezelfde pooier als eigenaar hebben. Dus wat er dan nog bewaakt moet worden, niet de concurrentie?
A., de 27-jarige bankbestuurder, wat een eer geef ik hem toch...
Gezichten staan op ongeduldig, geirriteerd als ik hollend passeer, uitwijk naar de straat en weer terugkeer op de stoep, precies voor iemands voeten. Lopen ze ineens toch sneller dan ik in kon schatten.
Ik ben een wandelaar als het licht daar groen is, een fietser als het mij uitkomt. De achterkant van Utrecht Centraal is vies, grauw, lelijk - iets waar een straathond zijn huis nog niet van zou maken. In tunnels galmen mijn voetstappen.
Goh, wat is iedereen vroeg uit zijn werk vandaag.
Voor de Rabobank passeer ik wandelend pak na pak, al is het pas iets over 16.00 uur. Ik glimlach, versnel, ga nog harder, aangemoedigd door de buitenlucht en dit kleine cadeautje dat ik aan mezelf heb gegeven. Gewoon lekker rennen waar je heen wilt, stiekem, lange tijd al.
Debiel natuurlijk, om te denken dat hij hier ergens zou zijn. Maar wel lekker om weer iets nieuws te doen - het is mijn stad, ik mag rennen waar ik wil.
Voor de Rabobank spreid ik mijn armen alsof ik over de finish kom, zing een paar woorden mee en keer om: mijn handen om de dichtsbijzijnde lantaarnpaal.
Life's too short to be afraid, take some pills and numb the paiiiiiin
De terugweg ga ik misschien nog wel harder. Rennen staat het allerdichtste bij vliegen.
Stap, twee, drie. Stap, twee, drie. Tunnel, bocht, stoplicht, voetganger - ho kijk uit!
"Hey!"
Wat was ik aan het doen? Zingen?
A. fietst naast me. "Want a ride?"
Ik twijfel.
IK TWIJFEL ECHT, waar slaat dat op?
"Naah, gotta reach my goal!"
Precies, hup, rennen.
A. fietst naast me, we steken tegelijk over want ik ben een fietser, nu het me uitkomt. Fietst naast me, praat wat, wordt weggebeld door een andere fietser.
Ik doe mijn oordopjes uit, en weer in, en weer uit. Ik ga niet stoppen. Ik ben niet eens moe.
Hoe vriendelijk moet ik doen? Hoe maak je een nonchalant praatje?
"Wow, you're fast!"
"Pfff, I can barely keep up!"
Ik ren als een hondje naast hem. Je weet wel: als een tekenfilm, vier poten, die dan buigen tot een halve cirkel onder het onderlichaam van het beestje. Niet echt natuurlijk, maar zo pathetisch voel ik me.
Stoplicht. "I could tell you some stories while running"
Ik blaas lucht uit. Knik.
Stoplicht is groen. "Or I could just cycle, since it's green! See you soon" - een aai en weg is A.
Soon klonk als zoen.
Soon betekent hopelijk nooit meer.
Ik ren, ren, ren, laat me niet kennen en ren - niet eens hem achterna.
vrijdag 12 oktober 2012
Living like Larry - Kleding en de toekomst
Ineens stuitte ik er op. To die for: is fashion wearing out the world? - een boek met een missie, die niet veel verschilt van mijn eigen missie. Lucy Siegle schrijft over 'de onmenselijke en milieuverwoestende manier' van kleding kopen waar wij aan meedoen. Zij vindt, dat we door goedkope kleding te kopen indirect meewerken aan exploitatie van de mensen die deze kleding voor ons maken. Hmm, indirect? We weten inmiddels bijna allemaal wel waar onze kleding vandaan komt - we vergeten het alleen liever. Hoe vaak sta ik niet in de H&M (ja, ehh, 2x per maand ofzo, maar dat is alsnog veel vaker dan in welke kledingwinkel dan ook) en hoor ik de moeders praten: "Guttegut, het kost hier ook helemaal niets he?" terwijl ze hun handen door de nieuwe lading verschrikkelijk dunne en kwetsbare shirtjes laten gaan.*
Cijfers, om het nog even pijnlijker te maken:
- Elk jaar worden er 80 miljard nieuwe kledingstukken gemaakt
- De gemiddelde vrouw koopt 28,5 kilo kleding. PER JAAR.
- We dragen 20% van onze kleding 80% van de tijd.
- In haar leven geeft een vrouw zo'n € 150.000 aan kleding uit. (voor dat geld vind je ook een leuk appartementje in Amsterdam, of een huis in een minder populaire plaats)
Fast fashion noemt Lucy Siegle het. Eigenlijk net zo fout als fast food. Ik heb het boek nog niet gelezen, maar het inspireerde me al wel tot dit stukje.
Tips om bewuster met kleding om te gaan
- Bewaar je mooiste kleding niet voor de 'mooiste' feestjes
Elk feestje is dat leuke jurkje waard. Sterker nog: elke dag! Draag de kleding waar je zo verliefd op werd in de winkel ook daadwerkelijk, bewaar het niet voor later. Twijfel niet over 'de juiste gelegenheid' maar trek het aan, eventueel een ontnuchterend zwart jasje erover en maak je klaar om een heleboel complimentjes te ontvangen.
- Zelf aan de slag!
Je bent vaak pas écht zuinig op iets als je veel waarde hecht aan de herkomst, of weet hoe moeilijk het was om te maken of te krijgen. Zelf ben ik helaas niet superhandig, maar ik heb best veel leuke dingetjes gebreid (breien is ontzettend makkelijk, heel snel en héél leuk!).
Tof om eens op te verdwalen is Recykleren, met véél foto's. Gevonden via deze inspirerende blog :)
- Sta soms stil
Ga af en toe eens na bij jezelf hoe lang je de kleding al hebt die je vandaag aanhebt. Ik doe het soms als ik mijn fietsketting losmaak. Dan bedenk ik: laarsjes 2 jaar, broek 1 jaar, shirt 3 maanden, oorbellen 3 maanden, jas 3 jaar... En vraag jezelf dan af, of je tevreden bent of niet - en hoe lang die goedkope (of juist dure!) kleding het nu werkelijk volgehouden heeft.
- Opruimen & herontdekken
Je kledingkast puilt ongetwijfeld uit. Kies een druilerig weekend om alles uit je kast te halen en te heroverwegen. Wat je veel draagt, mag direct terug. Wat draag je bijna niet, en waarom niet? Was je vergeten dat je het had? Bedenk nieuwe combinaties en leg deze kledingstukken bovenop/vooraan, zodat je ze nu vaker pakt...
En zijn er producten met kaartjes er nog aan? Hoe zou je dat de volgende keer kunnen voorkomen? Kun je ze nog terugbrengen?
Maak een lijstje van de weinig-tot-nooit gedragen kleding. Bewaar het en kijk er over 3 maanden weer naar. Zijn er kledingstukken die je nog steeds nooit draagt? Zet ze op marktplaats of breng ze naar de kringloop!
Want waarom accepteren we nog dat onze jassen, jeans en jurkjes worden genaaid door mensen die daarvoor uren moeten overwerken voor een hongerloontje, terwijl het milieu vervuild wordt door overproductie, pesticiden en vlieguren? Waarom kopen we maar door terwijl onze kast volhangt? (M. Eyskoot)
Meer weten?
- To Die for: Is Fashion Wearing Out the World? Ik ga speuren naar het boek - maar wie het als eerste gelezen heeft mag het zeggen! :)
- Marieke Eyskoot schreef de shopgids Talking dress, daaruit is het citaat hierboven afkomstig.
- Mijn eerdere stukje over kleding & brief naar H&M
* Begrijp me overigens niet verkeerd, ik wil niet per se alleen H&M 'aanvallen'. Zara, C&A, V&D, NewYorker enz. zouden net zo goed de hoofdrol in mijn stukjes kunnen hebben. Voor mij is alleen om onduidelijke reden de H&M het moeilijkst om van weg te blijven.
Cijfers, om het nog even pijnlijker te maken:
- Elk jaar worden er 80 miljard nieuwe kledingstukken gemaakt
- De gemiddelde vrouw koopt 28,5 kilo kleding. PER JAAR.
- We dragen 20% van onze kleding 80% van de tijd.
- In haar leven geeft een vrouw zo'n € 150.000 aan kleding uit. (voor dat geld vind je ook een leuk appartementje in Amsterdam, of een huis in een minder populaire plaats)
Fast fashion noemt Lucy Siegle het. Eigenlijk net zo fout als fast food. Ik heb het boek nog niet gelezen, maar het inspireerde me al wel tot dit stukje.
Tips om bewuster met kleding om te gaan
- Bewaar je mooiste kleding niet voor de 'mooiste' feestjes
Elk feestje is dat leuke jurkje waard. Sterker nog: elke dag! Draag de kleding waar je zo verliefd op werd in de winkel ook daadwerkelijk, bewaar het niet voor later. Twijfel niet over 'de juiste gelegenheid' maar trek het aan, eventueel een ontnuchterend zwart jasje erover en maak je klaar om een heleboel complimentjes te ontvangen.
- Zelf aan de slag!
Je bent vaak pas écht zuinig op iets als je veel waarde hecht aan de herkomst, of weet hoe moeilijk het was om te maken of te krijgen. Zelf ben ik helaas niet superhandig, maar ik heb best veel leuke dingetjes gebreid (breien is ontzettend makkelijk, heel snel en héél leuk!).
Tof om eens op te verdwalen is Recykleren, met véél foto's. Gevonden via deze inspirerende blog :)
- Sta soms stil
Ga af en toe eens na bij jezelf hoe lang je de kleding al hebt die je vandaag aanhebt. Ik doe het soms als ik mijn fietsketting losmaak. Dan bedenk ik: laarsjes 2 jaar, broek 1 jaar, shirt 3 maanden, oorbellen 3 maanden, jas 3 jaar... En vraag jezelf dan af, of je tevreden bent of niet - en hoe lang die goedkope (of juist dure!) kleding het nu werkelijk volgehouden heeft.
- Opruimen & herontdekken
Je kledingkast puilt ongetwijfeld uit. Kies een druilerig weekend om alles uit je kast te halen en te heroverwegen. Wat je veel draagt, mag direct terug. Wat draag je bijna niet, en waarom niet? Was je vergeten dat je het had? Bedenk nieuwe combinaties en leg deze kledingstukken bovenop/vooraan, zodat je ze nu vaker pakt...
En zijn er producten met kaartjes er nog aan? Hoe zou je dat de volgende keer kunnen voorkomen? Kun je ze nog terugbrengen?
Maak een lijstje van de weinig-tot-nooit gedragen kleding. Bewaar het en kijk er over 3 maanden weer naar. Zijn er kledingstukken die je nog steeds nooit draagt? Zet ze op marktplaats of breng ze naar de kringloop!
Want waarom accepteren we nog dat onze jassen, jeans en jurkjes worden genaaid door mensen die daarvoor uren moeten overwerken voor een hongerloontje, terwijl het milieu vervuild wordt door overproductie, pesticiden en vlieguren? Waarom kopen we maar door terwijl onze kast volhangt? (M. Eyskoot)
Meer weten?
- To Die for: Is Fashion Wearing Out the World? Ik ga speuren naar het boek - maar wie het als eerste gelezen heeft mag het zeggen! :)
- Marieke Eyskoot schreef de shopgids Talking dress, daaruit is het citaat hierboven afkomstig.
- Mijn eerdere stukje over kleding & brief naar H&M
* Begrijp me overigens niet verkeerd, ik wil niet per se alleen H&M 'aanvallen'. Zara, C&A, V&D, NewYorker enz. zouden net zo goed de hoofdrol in mijn stukjes kunnen hebben. Voor mij is alleen om onduidelijke reden de H&M het moeilijkst om van weg te blijven.
maandag 8 oktober 2012
Leuk (weekend) is...
* Een woordenboek Latijn-Nederlands, gloednieuw, vastgebonden op een bagagedrager. Pagina's vol herinneringen, van Felix in columna sedet tot Seneca... Serieus, ik vond vertalen de fijnste vorm van huiswerk (maar teksten uit het hoofd leren de saaiste, dat wel).
* de film Medianeras, met haar prachtige Spaans en de andere beelden van Buenos Aires die ze geeft (waarschuwing: kijk niet de trailer, die één grote spoiler is!)
* Lezen in Bombs on aunt Dainty
* Kaffirblaadjes in een nieuw curry-recept, fijn die limoensmaak
* Stralend blauwe lucht, zonnetje gevolgd door donkerblauwe avond, kilometer na kilometer.
* Schrijven, verslaan wat gebeurd is voor ik het vergeet, om het op elk moment terug te kunnen lezen.
* Moderne kunst: dit kan een kind van drie toch ook? :)
* Bijna een jaar geleden, dat weekendje met vriendinnen: zoveel gebeurd in de tussentijd, zo weinig veranderd in de vriendschap. We zitten allemaal bijna elk weekend weer gebogen over dezelfde casuïstiek en problemen: van presentaties en reflectie tot zometeen is het weer maandagmorgen...
* Hoe mooi Baciami Ancora is (en hoe heerlijk het is om naar Stefano Accorsi te kijken - ohja, ook hier niet de trailer kijken!)
* Een dubbele regenboog die ik van begin tot eind kan volgen - sterker nog, het einde fietst met me mee. Geen pot met goud, maar geluk is er genoeg.
* de film Medianeras, met haar prachtige Spaans en de andere beelden van Buenos Aires die ze geeft (waarschuwing: kijk niet de trailer, die één grote spoiler is!)
* Lezen in Bombs on aunt Dainty
* Kaffirblaadjes in een nieuw curry-recept, fijn die limoensmaak
* Stralend blauwe lucht, zonnetje gevolgd door donkerblauwe avond, kilometer na kilometer.
* Schrijven, verslaan wat gebeurd is voor ik het vergeet, om het op elk moment terug te kunnen lezen.
* Moderne kunst: dit kan een kind van drie toch ook? :)
* Bijna een jaar geleden, dat weekendje met vriendinnen: zoveel gebeurd in de tussentijd, zo weinig veranderd in de vriendschap. We zitten allemaal bijna elk weekend weer gebogen over dezelfde casuïstiek en problemen: van presentaties en reflectie tot zometeen is het weer maandagmorgen...
* Hoe mooi Baciami Ancora is (en hoe heerlijk het is om naar Stefano Accorsi te kijken - ohja, ook hier niet de trailer kijken!)
* Een dubbele regenboog die ik van begin tot eind kan volgen - sterker nog, het einde fietst met me mee. Geen pot met goud, maar geluk is er genoeg.
zaterdag 6 oktober 2012
Living like Larry - Pirate Fishing
Pirate Fishing is grootschalig vissen in oceanen zonder vergunning. Het belemmert niet alleen eerlijke handel, maar is ook verwoestend omdat de 'pirates' vaak de meest destructieve vismethodes gebruiken. Hun schepen varen onder vlaggen van landen die nauwelijks om verantwoording vragen en worden dus door niemand gecontroleerd. De landen die slachtoffer zijn van illegale visserij wordt, vooral in West-Afrika, hebben vaak geen middelen om deze terug te dringen.
Bron.
De bestaansreden van deze vissers, is de gigantische (en groeiende!) vraag naar vis bij een steeds kleiner wordende visvoorraad: oftewel, een billion dollar industry. Het vissen gebeurt om de vishonger (tonijn, zalm, noem maar op) in Europa en Azië te stillen met vis uit Afrika. Pirate fishing ontneemt zo Afrikaanse vissers hun werk. Dat terwijl vis in deze regio's vaak juist de enige beschikbare bron van eiwit is - zelfs die wordt nu naar ons, Europa en Azië, verscheept.
Het klinkt eigenlijk wel spannend, dat pirate fishing. Het synoniem illegal, unreported and unregulated fishing (IUU) is daarom misschien beter. Volgens schattingen is het 30% van alle visvangst. De vissen wordt gemengd met legaal gevangen vis en verkocht in onder meer de EU. Onderweg wordt de vis in slechte omstandigheden opgeslagen (ongecontroleerd betekent ook geen controle wat betreft voedingsregels!), zoals je kunt zien. De schepen zijn ook niet de nieuwste.
In de documentarie van Al Jazeera, People & Power, zijn de verwoestende gevolgen van IUU fishing voor de bevolking van Sierra Leone te zien.
Bron.
Zelf ben ik vegetariër en daarbij hoort dat ik geen vis eet. Toch heb ik ook een tijd gedacht dat vis 'minder fout' gevangen werd en dat vissen het over het algemeen beter hebben gehad dan varkens uit de bio-industrie. Think again: in het boek Eating Animals las ik voor het eerst over viskwekerijen, bijvangst en kwikvergiftiging - en de good vibrations ten aanzien van vis eten verdwenen helemaal.
Although one can realistically expect that at least some percentage of cows and pigs are slaughtered with speed and care, no fish gets a good death. Not a single one. You never have to wonder if the fish on your plate had to suffer. It did.
concludeert Jonathan Safran Foer, het betreffende hoofdstukje vind je hier. De optimistische term bijvangst (bycatch), van onder andere 3,3 miljoen haaien elk jaar, wordt hier pijnlijk duidelijk.
Een mooie top 10 van Nederlandse redenen om geen (of in ieder geval minder) vis te eten komt van duiker Dos Winkel. Misschien is het hier en daar in wat makkelijke termen omschreven, maar dat maakt de boodschap niet minder waar: aan vis eten kleeft een nare bijsmaak.
Meer weten?
- Interview met Jonathan Safran Foer ("In the context of the environment, I would say give up fish")
- Dossier van Greenpeace over Pirate Fishing
- Heldere Wikipedia-uitleg
- Voor wie wil stoppen met het eten van vis (en/of vlees): een goed gebalanceerd (vega-)dieet heeft geen vis nodig: onder meer lijnzaadolie bevat dezelfde gezonde vetten als vis. Overigens: hoe vetter de vis, hoe meer gifstoffen (ook door ons gedumpt in de oceaan) ze opneemt. Dat doet in het beste geval het gezonde effect teniet...
Bron.
De bestaansreden van deze vissers, is de gigantische (en groeiende!) vraag naar vis bij een steeds kleiner wordende visvoorraad: oftewel, een billion dollar industry. Het vissen gebeurt om de vishonger (tonijn, zalm, noem maar op) in Europa en Azië te stillen met vis uit Afrika. Pirate fishing ontneemt zo Afrikaanse vissers hun werk. Dat terwijl vis in deze regio's vaak juist de enige beschikbare bron van eiwit is - zelfs die wordt nu naar ons, Europa en Azië, verscheept.
Het klinkt eigenlijk wel spannend, dat pirate fishing. Het synoniem illegal, unreported and unregulated fishing (IUU) is daarom misschien beter. Volgens schattingen is het 30% van alle visvangst. De vissen wordt gemengd met legaal gevangen vis en verkocht in onder meer de EU. Onderweg wordt de vis in slechte omstandigheden opgeslagen (ongecontroleerd betekent ook geen controle wat betreft voedingsregels!), zoals je kunt zien. De schepen zijn ook niet de nieuwste.
In de documentarie van Al Jazeera, People & Power, zijn de verwoestende gevolgen van IUU fishing voor de bevolking van Sierra Leone te zien.
Bron.
Zelf ben ik vegetariër en daarbij hoort dat ik geen vis eet. Toch heb ik ook een tijd gedacht dat vis 'minder fout' gevangen werd en dat vissen het over het algemeen beter hebben gehad dan varkens uit de bio-industrie. Think again: in het boek Eating Animals las ik voor het eerst over viskwekerijen, bijvangst en kwikvergiftiging - en de good vibrations ten aanzien van vis eten verdwenen helemaal.
Although one can realistically expect that at least some percentage of cows and pigs are slaughtered with speed and care, no fish gets a good death. Not a single one. You never have to wonder if the fish on your plate had to suffer. It did.
concludeert Jonathan Safran Foer, het betreffende hoofdstukje vind je hier. De optimistische term bijvangst (bycatch), van onder andere 3,3 miljoen haaien elk jaar, wordt hier pijnlijk duidelijk.
Een mooie top 10 van Nederlandse redenen om geen (of in ieder geval minder) vis te eten komt van duiker Dos Winkel. Misschien is het hier en daar in wat makkelijke termen omschreven, maar dat maakt de boodschap niet minder waar: aan vis eten kleeft een nare bijsmaak.
Meer weten?
- Interview met Jonathan Safran Foer ("In the context of the environment, I would say give up fish")
- Dossier van Greenpeace over Pirate Fishing
- Heldere Wikipedia-uitleg
- Voor wie wil stoppen met het eten van vis (en/of vlees): een goed gebalanceerd (vega-)dieet heeft geen vis nodig: onder meer lijnzaadolie bevat dezelfde gezonde vetten als vis. Overigens: hoe vetter de vis, hoe meer gifstoffen (ook door ons gedumpt in de oceaan) ze opneemt. Dat doet in het beste geval het gezonde effect teniet...
woensdag 3 oktober 2012
Boeken #5
When Hitler stole pink rabbit - Judith Kerr
When Hitler stole pink rabbit is niet zo kinderachtig als het klinkt. Eigenlijk is Anna (9) tamelijk volwassen voor haar leeftijd. Haar vader is Joods en in het Duitsland van 1933 merkt hij al vroeg dat het met Hitler aan de macht niet de goede kant opgaat. Halsoverkop verlaat het gezin het land, nét voor de oorlog. Anna en Max, haar broer, moeten zich maar aanpassen: eerst een tijdje in Zwitserland wonen, en als het ook daar gevaarlijk wordt, vertrekt het gezin naar Frankrijk. En Anna spreekt geen Frans...
Ik vond het een heel fijn, bijna dromerig boek - en dat voor dit onderwerp. Anna observeert als een kind, soms zo grappig dat ik hardop heb gelachen, zonder dat het ooit kinderachtig wordt. Misschien komt dat door het semi-autobiografische karakter van het verhaal.
“It’s another picture of that man,” said Elsbeth. “My little sister saw one yesterday and thought it was Charlie Chaplin.” Anna looked at the staring eyes, the grim expression. She said, “It’s not a bit like Charlie Chaplin except for the moustache.” They spelled out the name under the photograph.
Adolf Hitler."
Lees hier het eerste hoofdstuk.
Een paar weken geleden heb ik het vervolg (Bombs on aunt Dainty) gekocht, waarin het gezin naar Engeland vertrekt en Anna dus haar derde taal moet leren. Eerst nog even dit boek herlezen voor ik daarin begin (dat wordt dan de derde keer!).
Zo ook op aarde - Davide Enia
Grof, maar fantastisch; dat zou ik zeggen als ik dit boek moest samenvatten in één zin. Een boekwerk vol verhalen: het leven van opa, vader en zoon, maar zo geweven dat je pas op de laatste bladzijdes alles naar tevredenheid begrijpt. Davidù is 9 en begint met boksen, begeleid door zijn oom, in de voetsporen van zijn vader die er niet meer is. Als buurtjongens te ver dreigen te gaan bij het pesten van Gerruso, de sukkel van de straat, neemt Davidù het voor hem op. Een ongelijke vriendschap is het gevolg.
Even overwoog ik, na de eerste paar bladzijden, het boek weg te leggen omdat het zo grof is - maar ik stond nog niet op, of ik wilde weer zitten en verder lezen. Want het wende, heel snel, en ook bij dit boek heb ik soms hardop gelachen: herkenbaar, de al zo vroeg macho zijnde Italiaanse jongetjes.
In minder dan 48 uur had ik alle 304 pagina's gelezen (en baalde ik dat er niet meer was). Rauw is dit boek. Rauw en daardoor levensecht.
Voor wie zin heeft in een duik in de hitte van Palermo, waar maffia oprukt, waar hoofdpersoon Davidù bokst alsof zijn leven ervanaf hangt en waar een oma haar 7-uur-sigaretje rookt...
Enia hoort vanaf nu bij mijn nieuwe favorieten.
When Hitler stole pink rabbit is niet zo kinderachtig als het klinkt. Eigenlijk is Anna (9) tamelijk volwassen voor haar leeftijd. Haar vader is Joods en in het Duitsland van 1933 merkt hij al vroeg dat het met Hitler aan de macht niet de goede kant opgaat. Halsoverkop verlaat het gezin het land, nét voor de oorlog. Anna en Max, haar broer, moeten zich maar aanpassen: eerst een tijdje in Zwitserland wonen, en als het ook daar gevaarlijk wordt, vertrekt het gezin naar Frankrijk. En Anna spreekt geen Frans...
Ik vond het een heel fijn, bijna dromerig boek - en dat voor dit onderwerp. Anna observeert als een kind, soms zo grappig dat ik hardop heb gelachen, zonder dat het ooit kinderachtig wordt. Misschien komt dat door het semi-autobiografische karakter van het verhaal.
“It’s another picture of that man,” said Elsbeth. “My little sister saw one yesterday and thought it was Charlie Chaplin.” Anna looked at the staring eyes, the grim expression. She said, “It’s not a bit like Charlie Chaplin except for the moustache.” They spelled out the name under the photograph.
Adolf Hitler."
Lees hier het eerste hoofdstuk.
Een paar weken geleden heb ik het vervolg (Bombs on aunt Dainty) gekocht, waarin het gezin naar Engeland vertrekt en Anna dus haar derde taal moet leren. Eerst nog even dit boek herlezen voor ik daarin begin (dat wordt dan de derde keer!).
Zo ook op aarde - Davide Enia
Grof, maar fantastisch; dat zou ik zeggen als ik dit boek moest samenvatten in één zin. Een boekwerk vol verhalen: het leven van opa, vader en zoon, maar zo geweven dat je pas op de laatste bladzijdes alles naar tevredenheid begrijpt. Davidù is 9 en begint met boksen, begeleid door zijn oom, in de voetsporen van zijn vader die er niet meer is. Als buurtjongens te ver dreigen te gaan bij het pesten van Gerruso, de sukkel van de straat, neemt Davidù het voor hem op. Een ongelijke vriendschap is het gevolg.
Even overwoog ik, na de eerste paar bladzijden, het boek weg te leggen omdat het zo grof is - maar ik stond nog niet op, of ik wilde weer zitten en verder lezen. Want het wende, heel snel, en ook bij dit boek heb ik soms hardop gelachen: herkenbaar, de al zo vroeg macho zijnde Italiaanse jongetjes.
In minder dan 48 uur had ik alle 304 pagina's gelezen (en baalde ik dat er niet meer was). Rauw is dit boek. Rauw en daardoor levensecht.
Voor wie zin heeft in een duik in de hitte van Palermo, waar maffia oprukt, waar hoofdpersoon Davidù bokst alsof zijn leven ervanaf hangt en waar een oma haar 7-uur-sigaretje rookt...
Enia hoort vanaf nu bij mijn nieuwe favorieten.
Abonneren op:
Posts (Atom)