Collega Danny, met wie ik nu al een maand in een tent slaap, nodigt zijn beste vriend Delano uit om langs te komen.
"De vliegtickets waren supercheap. En Laura zei dat hij gratis bij ons mag slapen"
Doodmoe ben ik. Natuurlijk mag hij hier gratis slapen van Laura, onze bazin.
Het eerste wat ik doe is klagen.
"Waar moet hij slapen zei je? In ons piepkleine tentje?"
"Ik regel het wel, maak je geen zorgen joh" antwoordt Danny laconiek.
Dat moet ik nog zien. Na ons werk, een bardienst die meestal pas rond middernacht klaar is, is Danny degene die van ons twee het meest gaat stappen. Sterker nog: de enige die meestal gaat stappen. Ik houd van dansen, maar als ik 's ochtends vroeg alweer op moet staan om de fanatieke toeristen aerobics te leren... nee.
"Hier, dit is Delano"
Danny houdt mij zijn telefoon voor. Een onderbelichte selfie van een lange jongen voor de spiegel vult het beeldschermpje. Niks geen exotische jongen, al heet hij Delano. Hollands blank met bruine krulletjes.
"Hij is aan het trainen in de sportschool" zegt Danny en dan pas zie ik de gewichten op de achtergrond.
"Jouw beste vriend is behoorlijk ijdel, of niet?" antwoord ik.
[...]
Delano spreidt zijn armen in de felle zon en draagt met diepe stem het melodramatische einde van zijn verhaal voor.
"En dus had de koning twaalf vrouwen, maar hij mocht geen van hen ooit aanraken."
Ik rol bijna van mijn ligbedje van het lachen. Het is zo flauw dat ik er melig van word.
"Majesteit, je moet wel luisteren als ik je de geschiedenis vertel" zegt hij verontwaardigd.
Het verhaal is niet eens zo grappig. Luisteren naar zijn stem die ongeloofwaardige kroegverhalen vertelt is gewoon fijn. Het is mijn eerste vrije dag van deze nieuwe baan, mijn eerste échte vrije dag. Geen verplichtingen als werkvisum aanvragen, overleggen of simpelweg: doorwerken omdat er mensen tekort zijn. De zon straalt uit alle macht. Mijn gifgroene bikini heeft me goed beschermd; er hebben zich al blanke lijntjes gevormd op mijn sleutelbeen. Vanachter mijn zonnebril kijk ik belangstellend naar de tattoo op de schouders van Delano.
Ik schuif mijn bedje een stuk naar achter, de schaduw in.
"Is het weer niet goed genoeg voor je, majesteit?"
Delano heeft dit strandbedje net eigenhandig van de andere kant van de pier gehaald. Hij is sterk, maar ik snap nu beter waarom hij traint: hij blijft mager.
Ik vind mager mooi.
Danny loopt even langs. Onze vrije dagen verschillen.
"Yo baas," roept Delano "lekker aan het werk in de hitte?"
Hij schuift zijn zonnebril nog een stukje verder naar achter in zijn haar. Met zijn rechterhand pakt hij de zonnebrandolie, om het verschil er extra in te wrijven. De tattoo op zijn schouders is een wilde maar sierlijke collage van woorden en symbolen. Een beetje kitscherig, maar het staat mooi op zijn gebruinde rug.
Danny komt dichterbij en stompt Delano tegen zijn biceps. "Ja, houd jij je mond maar, sneutje"
Ik grijns. Ik had niet gedacht dat dit mannenwereldje zo snel zou wennen.
Delano slaat geen arm om me heen als ik moe ben. Kookt niet voor me, vertelt me geen lieve dingen. Flirt niet met me. Vertrekt geen spier als ik bijna begin te huilen na 48 uur zonder slaap. Delano lacht Danny en mij hartelijk uit, als hij ziet hoe we worden uitgebuit.
Maar hij maakt wel elke dag een stukje lichter. Is grappig zonder het te beseffen. Ziet alles zo simpel.
Delano die Danny uitmaakt voor watje en een plastic stoel kapotmaakt door er te fanatiek op te gaan zitten. Die stoere verhalen vertelt over zijn proppersverleden, maar ondertussen op zijn eigen macho manier om zijn ex rouwt. Die me vriendelijk treitert door mijn zwakke punten in de spotlights te zetten.
Maakt me met zijn kinderlijke grappen steeds aan het lachen, hoe laat ik ook thuis kom.
Zoent geen enkel meisje, terwijl ze 4 zonnige weken als insecten om zijn hoofd zoemen.
Fietst voor me naar de supermarkt.
"Welke arm wil je eerst?"
Nutella rechts.
Oreo's links.
Incontri is Italiaans voor ontmoetingen. Ik schrijf een serie van bijzondere ontmoetingen in mijn leven. Niet de ontmoetingen 'die mijn leven voorgoed veranderden' (voor zover die al bestaan, en: zoveel zijn dat er niet), maar juist de ontmoetingen die me bijbleven, die me zelfs nu nog een glimlach geven, al veranderden ze niet eens zoveel.
<3
BeantwoordenVerwijderenWat een ontzettend tof stukje :) Ik heb het al dertig keer gezegd, maar jij schrijft zó goed!
BeantwoordenVerwijderenLeuk. Een beetje verliefd zijn is misschien wel beter dan echt verliefd zijn...?
BeantwoordenVerwijderen